Niki Jacobs had tot diep in de nacht dingen willen doen, bij voorkeur in de bedstee | column
Tijdens de kerstdagen zat ik met mijn gezin in een huisje aan de rand van een prachtig natuurgebied in Drenthe, vlakbij het kleine dorpje Westerbork. Het huisje lag ongeveer een meter diep in de grond waardoor het van buiten echt piepklein leek.
Bij aankomst kreeg ik een halve hartverzakking bij de gedachte hier een week met vier mensen te moeten bivakkeren, maar van binnen was het precies goed. Met twee bedsteden in de woonkamer, een hele goede, wat mij betreft onmisbare, oven en een paar comfortabele stoelen, de perfecte plek om met mijn gezin de kerstdagen door te brengen.
Maar het leek wel alsof wij alle vier negentien marathons achter onze kiezen hadden, zo moe bleek iedereen te zijn en dat zorgde voor een iets andere vakantie dan ik gedacht had.
In mijn fantasie voorafgaand aan het vertrek zag ik ons elke ochtend fris en fruitig uit de bedstee springen, een sober doch voedzaam ontbijt naar binnen werken om vervolgens een heerlijk lange wandeling te maken die de hele dag zou duren. We zouden rozig thuiskomen en warme chocolademelk met slagroom drinken, een spelletje spelen en vervolgens heel lang tafelen met een goed glas wijn (sap voor de kinderen) en filosoferen over het leven.
Om dan, wanneer de kinderen heerlijk in de bedstee van hun welverdiende nachtrust zouden genieten, nog tot diep in de nacht dingen te doen, bij voorkeur in de bedstee. Zoiets hoopte ik dat het zou zijn.
In werkelijkheid ging het zo. Na het installeren van de koffers, speelgoed en spelletjes, het opbergen van de boodschappen, het huisje ’kerstklaar’ maken (zelfgemaakte kerststukjes, kerstkrans met lichtjes, kerstster en allerhande assortie - had ik natuurlijk mee) en het verorberen van een kerstavondmaal, sloeg de moeheid toe. Niet alleen bij Ivo, ook bij mij, Lilli en Ilja.
Met als gevolg dat we alle vier om 19.30 uur uitgeteld in de bedstee lagen. Met als gevolg dat we dat de hele vakantie deden. Niks geen fris en fruitige ochtenden, maar lui ’s morgens in pyjama in bed en op de bank. Niets geen avondwandelingen om die ene uil te determineren, niets geen gesprekken over het leven, of nachtelijke activiteiten.
De enige wezenlijke gesprekken die we voerden gingen over welke chocola er dit keer bij de thee geserveerd moest worden of hoe lekker de kerststol was. En of er nog wel genoeg slagroom in huis was voor op de warme chocolademelk. Na twee dagen besloten we om het aankleden maar helemaal te laten zitten en gewoon de hele dag in slaaptenue te blijven. En toen de kerstdagen voorbij waren en we al het echte lekkers op hadden, aten we restjes.
En toen eindelijk na zeven dagen en nachten iedereen bijgeslapen en bijgegeten was, toen iedereen gevuld was met rust, liefde, chocola, slaap en ’het grote niets’ pakten we onze spullen weer in, reden we naar huis en waren we zo goed als nieuw, klaar voor het nieuwe jaar.