Sluipmoord in Blaricum A.M. de Jong 70 jaar geleden
'Hij lag daar. De deur stond wagenwijd open. Het was stikdonker. Vreselijk luguber.' Ruim dertig jaar na het doodschieten van 'volksverteller' A.M. de Jong in Blaricum, keken er in januari 1974 nog 7.350.000 mensen naar zijn Merijntje Gijzens Jeugd. Vier afleveringen van deze VARA-dramaserie haalden toen de top-10 van meest bekeken tv-programma's. Het was ook het jaar van de verloren WK-voetbalfinale Duitsland-Nederland.
De Jong, roepnaam 'A', was tussen de beide wereldoorlogen wat we nu een 'bestsellerauteur' en een 'Bekende Nederlander' zouden noemen. Vooral met zijn streekromans, gebaseerd op zijn eigen arme jeugd in het dorp Nieuw-Vossemeer (Noord-Brabant) raakte hij een gevoelige snaar en bereikte vele miljoenen lezers. Een in 1960 uitgegeven omnibus had als eerste druk een oplage van 250.000 exemplaren, cijfers waar schrijvers van nu (en toen) voor zouden 'tekenen'. De gedurfde krantenstrip Bulletje en Bonestaak werd in vijftien jaar tijd ook een ongekend succes. De Jong was meer dan een verhalenverteller, radiomedewerker (VARA), toneelschrijver en kunstredacteur. Voor de S.D.A.P. zat hij in de gemeenteraden in Bergen op Zoom en Blaricum. Een uitgesproken tegenstander van het nationaalsocialisme. Tijdens de Duitse inval in mei 1940 probeerde hij tevergeefs met het gezin via IJmuiden naar Engeland te vluchten. De schrijver keerde terug naar zijn Blaricumse villa aan de Professor van Reeslaan. Hij en zijn joodse vrienden werden al snel het doelwit van zijn achterbuurman, de fanatieke NSB'er, haatzaaier en jodenjager Albert Nijland. Die woonde aan de Matthijssenhoutweg 27. Op zaterdagavond 16 oktober 1943 wordt er omstreeks half acht een aanslag op Nijland gepleegd, waar De Jong niets mee te maken had. 'Ik reed per motor van Laren naar mijn woning', verklaart Nijland in het rapport van de politie Laren. Bij het 'parkeren' van zijn motor klinkt een schot. 'Ik kreeg een gevoel net alsof ik een trap in de maag kreeg. Ik viel op de grond, maar ben dadelijk opgestaan en hoorde weer een schot.' Gevolgd door nog twee schoten. Omdat hij zijn sleutels niet snel genoeg vindt, slaat hij in paniek het ruitje bij zijn voordeur in. Als hij zich binnen uitkleedt, valt er een kogel uit zijn onderbroek. Hij trommelt meteen de politie Laren op. Dokter Holtmann stelt een schampschot (buik) vast. De kogel is door de linkerheup weer naar buiten gegaan. Nijland wordt per ziekenauto naar het Sint Jans Ziekenhuis in Laren gebracht. Het ziet er allemaal niet ernstig uit. De gevolgen voor De Jong en zijn familie zijn rampzalig. Nog geen 48 uur later stappen twee Nederlandse SS'ers op de Torenlaan uit een wagen van de Amsterdamse Sicherheidsdienst (SD). Als vergelding voor de mislukte aanslag door het verzet is de beroemde schrijver een van de eerste doelwitten van een zogeheten Silbertanne-moordcommando. Onder deze codenaam werden 56 moordaanslagen gepleegd, vaak bij de slachtoffers thuis die niets met het verzet te maken hadden. Op de geheime dodenlijst stond geen kruis achter de naam maar een getekend, gestileerd dennenboompje (Silbertanne). Op bevel van de beruchte oorlogsmisdadiger Willy Lages, die in de wagen achterblijft, leggen ze de vierhonderd stappen af naar het huis van De Jong aan de Professor van Reeslaan. Het is een koude herfstavond en pikkedonker, de ramen van de huizen zijn op last van de bezetter verduisterd. De SS'ers zijn in burger en doen zich voor als politieagenten die iets op de verduistering boven (de werkkamer van de schrijver) aan te merken hebben. ,,Ze waren zenuwachtig en hielden hun handen de hele tijd in hun jaszakken'', vertelt Wies Defresne, de tweede vrouw van De Jong, in een tv-documentaire 25 jaar later. Ook haar stiefdochter was thuis, die deed de deur open. Met de verduistering is niets mis, maar de SS'ers beweren van wel. De Jong geeft ze zelfs nog een sigaret, maakt een praatje en antwoordt op de vraag wat 'barok' betekent. Zijn vrouw biedt een kopje thee aan. Als ze in de keuken is, hoort ze dat de twee 'agenten' vertrekken. ,,We waren blij dat we ze kwijt waren'', zegt Defresne. De ongewenste bezoekers nemen afscheid. ,,Nou, meneer de Jong, tot ziens dan maar.'' Dan klinken twee schoten. ,,Ik rende naar de gang in, tegelijkertijd met mijn stiefdochter die in de huiskamer zat. Hij lag daar. De deur stond wagenwijd open. Het was stikdonker. Vreselijk luguber.'' De Jong is, met pantoffels aan, dodelijk getroffen in z'n halsslagader. Zijn dochter probeert het bloed nog te stelpen, maar er is geen redden aan. A.M. de Jong werd 55 jaar.
Na de oorlog worden er overal in Nederland straten, lanen en wegen naar de vermoorde schrijver A.M. de Jong en zijn creatie Merijntje Gijzen vernoemd. In Blaricum duurde dat tot de jaren zeventig. Het werd een doodlopend laantje, ironisch, vlakbij het huis van verrader Nijland.
Van het vijfkoppige moordcommando kregen de twee SS'ers Van Gog en Bernhard, ondanks hun ontkenningen, 20 jaar cel. De Duitsers Lages en Bluhmental respectievelijk levenslang en negen jaar. Lages is na 21 jaar vrijgelaten. Oelschläger die de SS'ers escorteerde naar het huis van De Jong, werd op 23 oktober 1944 in Amsterdam op de hoek Apollolaan-Beethovenlaan geliquideerd. Als represaille werden 29 gevangenen op dezelfde plek doodgeschoten. De aanklager omschreef Albert Nijland als ,,een van de meest perfide verraders in de regio''. Hij kreeg 23 jaar cel, waarvan 5 jaar voor medeplichtigheid aan de moord op De Jong. Hij verspreidde het gerucht dat de schrijver 'een bloedraad' van het verzet had gevormd.
Edward de Vries Lentsch
Bronnen: Streekarchief Gooi en Vechtstreek, A.M. de Jongmuseum, www.schrijversinfo.nl. Met dank aan Annet Betsalel en Ernst Wortel.