Het is Karin Walters, schrijft ze in een opiniestuk, opgevallen hoe verknocht de Amsterdammers zich tonen jegens ’hun’ net heropende Stedelijk Museum. Uit de lange wachtrijen voor de deuren zag ze vorige week de verknochtheid. Die signaleert ze niet tussen de Hilversummers en ’hun’ museum. ,,De meeste Hilversummers zijn nog nooit binnen geweest.’’ De opzet - met centraal de wisselwerking tussen architectuur en cultuur - noemt ze ’een politieke droom.’Omdat de tijden financieel krap zijn is Walters - in het vorige college wethouder van financiën - gaan rekenen. Voor het jaar 2011 komt ze tot 21.165 bezoekers. ,,Evenveel als er in een maand in de bibliotheek komen.’’ Lang niet iedereen die het museum bezocht betaalde entree. Men kwam op een gratis (woens)dag, of het waren kinderen aan wier kaartje de gemeente meebetaalde. Walters becijfert de inkomsten uit entrees en winkelverkoop op zo’n 175.000 per jaar. ,,Terwijl het museum elk jaar voor 1,2 miljoen euro kosten heeft. Dit museum kost ons Hilversummers een miljoen euro per jaar.’’Hart voor Hilversum vindt, dat de mediastad zich in een tijd, dat buurthuizen dreigen te sluiten en burgers op hogere (gemeentelijke) lasten komen, geen museum kan veroorloven. ,,We hebben dat miljoen hard nodig om onze stad leefbaar te houden.’’