Rokjes op het voetbalveld
,,Jongeren en ouderen strijden als leeuwen voor de overwinning van ‘hun’ school. Is het een wonder, dat de leerlingen der scholen telkenjare opnieuw met spanning het jaarlijkse feest tegemoet zien?” Deze tekst is te lezen op de site van de KNVB, gekopieerd uit een in 1949 gedrukte brochure. Het onderwerp? Schoolvoetbal. Ik houd van de manier waarop je vroeger tussen de regels door moest lezen. Het is duidelijk wie er bedoeld worden met de oudere strijders. Blijkbaar stonden er zesenzestig jaar geleden ook al ouders gênant te brullen langs de lijn.
Dat is natuurlijk je reinste intimidatie van de tegenstandertjes. Het wordt helemaal treurig wanneer bepukkelde veertienjarige scheidsrechters verbaal wordt belaagd. Schandalig! Daar willen wij niet mee geassocieerd worden. Toch?
Deze weken heerste er spanning in ons gezin omtrent dit sportieve school evenement dat al meer dan honderd jaar bestaat. Eerst waren er de voorrondes waar onze rechtsbenige zoon met zijn voetbalvrienden glansrijk doorheen kwam. En deze week mochten we, hoera, naar de finalerondes van ons stadje en zijn grote buurdorp.
Woensdag was de dag en dat was tevens het warmste etmaal van het jaar tot nu toe. Een goede reden om met voltallige gezinnen te komen supporteren. In korte broek natuurlijk. Met picknicktassen vol snoep, chips en borrelhappen togen wij gezamenlijk naar het voetbalveld. Alcoholische versnaperingen en een ijsje erbij en voilà, voor je het weet heerst er een gebroederlijk ‘vol verwachting klopt mijn hart’ sfeer. Toen de halve finale naderde liep de spanning op alsof we met zijn allen opnieuw naar Nederland Argentinië (WK 2014) gingen kijken. En daar gebeurde het, de leeuw in mij kwam los. En niet alleen in mij. Als er eigen kinderen op het veld staan zijn we ineens allemaal F side. Laten we concluderen dat je het meeleven met je kroost ook kan overdrijven.
Toen aan het eind van de dag bleek dat de begeerde beker aan ons voorbij zou gaan, kwamen de emoties. En terwijl de vaders elkaar op hun onderlip bijtend gebroederlijk op de schouders sloegen, ontfermden wij moeders ons over onze bloedjes. “Het is maar een spelletje,” was de alom verkondigde leugen. Zeker omdat we allemaal weten dat als de jongens van die andere school niet met de wind mee hadden gespeeld, de beker voor ons was geweest.
Gelukkig was er een medicijn. Een ander team van onze school vocht zich wel naar de finale en wij werden fan. En toen werd het toch nog een hele mooie dag. De meest zonnige wedstrijd? Het titanen gevecht tussen de lieve meisjes teams, grotendeels in hockeyrokjes, die keihard konden tackelen. Pure girlpower. Kijk, daar word ik dan weer vrolijk van.