'Shit happens'
Schelden in de krant, het zou stukken minder mogen. Zeker in columns. Dit is de overtuigende mening van taalpurist Sjoerd de Jong in het NRC van afgelopen zaterdag. Ons taalgebruik wordt er niet beter op en de rauwe uitspraken van het gewone volk zouden schade kunnen toebrengen aan de ogen van verfijnde lezers. Dat is heel jammer, het zou betekenen dat als hij zijn zin krijgt, NRC-abonnees de beste quote in tijden zouden moeten missen. Het door superster Adele uitgesproken ’shit happens.’
Er klonk tijdens haar optreden bij de uitreiking van de Grammy’s een uithaal die pijn deed aan je oren. Later hoorden we dat het kwam omdat de microfoon van de piano op de toetsen viel. Of had ze een te laat weg gekuchte exotische brulkikker in haar keel? Misschien stikte ze wel gewoon van de zenuwen.
Kan toch, Adele is ook maar een mens. ’Shit happens.’ De manier om ons met imperfectie te verzoenen. ’Shit happens’ klinkt een stuk beter dan het veel gehoorde ’kan gebeuren’, of de alom na-gepapegaaide dooddoener ’het is niet anders.’ Als ik het in de Verenigde Staten vrolijk flyerende ex-Tweede-Kamerlid en wachtgeldtrekster Wassila Hachchi was, dan wist ik het wel. Een tweet is zo getypt. ’Ik loop in ieder geval niet op jullie kosten voor Donald Trump, shit happens.’
Onze kinderen heb ik de scene met de valse noot minstens tien keer laten horen. Als Adele mag falen mogen wij het ook. Kan nooit kwaad in een maatschappij waarin kinderen, volgens de wijzen uit de onderwijswereld, voor hun zevende verjaardag moeten beginnen met het leren van de Engelse taal en een eenvoudig computerspelletje moeten kunnen programmeren. ’Voor de echte wijsneuzen adviseren we een cursus Chinees.’ Natuurlijk kunnen we hier in het Gooi voor iedere tak van sport een leuke leerzame, totaal op het kind gerichte training inkopen.
Gelukkig is falen ook nog steeds heel leerzaam. Een keertje relativerend poep zeggen is hier wat mij betreft gerechtvaardigd. In ons gezin is deze tip enthousiast opgepakt. Onze dochter gebruikt het iedere keer wanneer de strijkstok van haar felbevochten nieuwe hobby de vioolsnaren pijnigt. Zoon wanneer zijn bal, nooit hijzelf, een breekbaar item vervormt.
Echtgenoot wanneer één van onze kinderen per ongeluk nog bij de afgelaste voetbaltraining staat. Ik gebruik het wanneer onze dochters alweer niet begrijpen waarom ze nog steeds niet op paardrijles zitten. En bij dezen, om de beledigde lezer die nu met pijn aan zijn ogen voor de zesde keer ’shit’ leest, mijn welgemeende excuses aan te bieden.