Vooral Spakenburg-spits Danny van den Meiracker kon zich na afloop de haren uit het hoofd trekken. Hij had de blauwen twaalf minuten voor tijd, bij een 1-0-voorsprong, de zege kunnen bezorgen.

De aanvoerder van Spakenburg mocht vanaf elf meter aanleggen, na een door hemzelf geforceerde strafschop. Tot afgrijzen van de supporters van de thuisploeg mikte Van den Meiracker de bal op de buitenkant van de paal. Bij 2-0 had AFC ongetwijfeld gewapperd met de witte vlag. Nu bleef het vertrouwen houden in een ontsnapping, die er inderdaad kwam.

Na de gênante vertoning bij Koninklijke HFC (5-1) en de curiositeit na afloop, de zogeheten ’beseftraining’, liet Spakenburg dit weekeinde dus na om weer een beetje zelfvertrouwen te tanken. Verliezen kan, maar de manier waarop, daar ging het vooral over na afloop. Spakenburg werd in de eerste helft echt te kijk gezet door de veel vaardigere Amsterdammers.

Doordekken

Dat kwam doordat de linies bij Spakenburg veel te ver van elkaar af speelden. Het resultaat was dat er tussen middenveld en verdediging veel te veel ruimte ontstond, waarvan de bezoekers gemakkelijk konden profiteren. Maar dat deden ze op dat moment dus niet.

„Een kwestie van doordekken”, vond Van de Haar na afloop, waarmee hij de zwartepiet niet compleet wilde neerleggen bij zijn middenvelders, dier er maar niet in slaagden om greep te krijgen op hun opponenten. De defensie had inderdaad verder naar voren moeten spelen, waardoor AFC veel minder de mogelijkheid had gekregen om tussen de linies op te duiken.

„We hebben te veel ruimte weggegeven”, meende ook Tom Oostinjen. „Maar dat is niet het hele verhaal. Qua werklust was het zeker niet honderd procent. Spakenburg heeft zoveel kwaliteit, en hoewel AFC best een slimme ploeg heeft, moeten we een wedstrijd als die van vandaag gewoon winnen. Een paar minuten voor tijd stonden we met 1-0 voor. Dit mag echt niet.”

Gedwongen

Zoals gezegd was AFC vooral in het eerste bedrijf heer en meester. Al na drie minuten had Johan Jeremy Kulhan de ploeg uit de hoofdstad op 0-1 moeten brengen. Maar voor een leeg doel knalde hij de bal op de binnenkant van de paal. Spakenburg zocht maar vond niet. Was gedwongen om toe te kijken hoe AFC de wedstrijd bepaalde. Maar echt doorbijten, dat deden de Amsterdammers nou ook weer niet.

In de tweede helft speelde Spakenburg iets beter en kreeg AFC wat minder de vrije hand. De thuisploeg kwam ook op voorsprong, na een uurtje. Een fraaie actie van Oostinjen, die een knappe actie besloot met een strakke trap in de hoek: 1-0.

Twaalf minuten voor het einde had Van den Meiracker het licht uit kunnen draaien voor AFC. Uit een hoekschop kopte hij de bal bij de tweede paal op doel, maar de arm van Magid Jansen voorkwam een treffer. De penalty werd echter gemist, waarna AFC via doelpunten van Pieter Koopman en Tom van den Brink de partij alsnog in Amsterdams voordeel liet kantelen.